Er ligt een nieuw conceptvoorstel voor de nieuwe vermogensrendementsheffing. Iedereen die dat wil kan er tot 1 oktober op reageren. Vanaf 2027 wordt er belasting geheven op de werkelijke rendementen, alleen is dat verdeeld in een vermogensaanwasbelasting voor spaarders en beursgenoteerde beleggingen en een vermogenswinstbelasting voor private markten zoals vastgoed of ander minder liquide bezit. In dat laatste geval betaalt de investeerder pas als de winst is gerealiseerd. Daarmee ontstaat er een mogelijkheid om belastingheffing tot in het oneindige uit te stellen door liquide beleggingen te verpakken in een illiquide vehikel. Verder is er in het nieuwe voorstel geen heffingsvrij vermogen, maar een heffingsvrij inkomen. Verliezen mogen onbeperkt worden verrekend.
Het huidige voorstel is een verbetering ten opzichte van het eerdere voorstel waar ook over illiquide beleggingen elk jaar moest worden afgerekend. Uiteindelijk beslist een nieuw kabinet en daarmee heeft de kiezer later dit jaar een unieke mogelijkheid om een grote invloed te hebben op de vormgeving van deze belasting.
De beste oplossing voor vermogen
Economisch gezien zou het volledig afschaffen van deze belasting de beste oplossing zijn. De totale opbrengst voor de Nederlandse staat is ongeveer 4 miljard euro en de omvang van de totale Nederlandse economie is circa 1000 miljard euro. Er is een sterke relatie tussen economische groei en belastinginkomsten en van elke 1 procentpunt groei gaat ongeveer 0,4 procentpunt naar de fiscus. Op het moment dat er geen 4 miljard wordt geheven over vermogen, dan is het dus de vraag of die 4 miljard kan zorgen voor 1 procent extra economische groei.
Feitelijk is het een veel groter bedrag, omdat veel vermogende Nederlanders nu al uitwijken naar landen waar vermogen effectief niet wordt belast. Op het moment dat Nederland geen belasting meer zou heffen over vermogen, zou de toestroom van vermogende particulieren in het Europa zonder grenzen al voldoende zijn voor die 1 procent extra economische groei. Politiek is het afschaffen van de belasting op vermogen waarschijnlijk onhaalbaar, maar dat is nu eenmaal het verschil tussen economie en politiek. In de economie gaat om het zo groot mogelijk maken van de koek, de politiek gaat over het verdelen van diezelfde koek.
Stemwijzer Box 3
Nu is er geen partij in Nederland die pleit voor het afschaffen van de belasting op vermogen. Op zich zou de complexiteit en de daarbij behorende inningskosten al doorslaggevend kunnen zijn om hiermee te stoppen. De belastingdienst heeft wel wat beters te doen. Omdat het huidige voorstel komt van het demissionaire kabinet, mag er op worden gerekend dat de huidige regeringspartijen dit voorstel ondersteunen. Dat voorstel is een heffing over het werkelijke rendement, daarom stelt BBB een verschuiving voor van box 3 naar box 1. Daar wordt al immers al gekeken naar het werkelijke rendement. Directe inkomsten zoal huur worden dan meteen belast en de waardestijging pas bij realisatie. Wel is er in box 1 sprake van een progressief tarief, waardoor ook linkse partijen, waaronder ook D66 en SP dit een interessant voorstel vinden.
Onduidelijk is nog hoe de nieuwe partij van Omtzigt staat tegenover een belasting op vermogen. Wel stemde Omtzigt in het verleden tegen de 5 miljard compensatie voor vermogenden, omdat dit volgens hem beter in de energietoeslag kon worden gestoken. Verder wil Omtzigt dat er wordt gekeken wordt naar het reële rendement, dus gecorrigeerd voor inflatie. Dat is op zich een logisch standpunt, maar in de Tweede Kamer stond hij ook in dit opzicht alleen. Verder wil partij VOLT de overwaarde op huizen belasten bij verkoop.
Aan de rechterzijde heeft men minder op met de box 3-heffing, Voor de VVD moet een en ander in ieder geval budgetneutraal. De VVD had ook grote twijfels over de vermogensaanwasbelasting. De kleinere partijen aan rechterzijde geven de voorkeur aan een winstbelasting of willen terug naar het oude systeem van het forfaitair rendement. De PVV steunde het beleid van het kabinet.
Het huidige conceptvoorstel is overduidelijk een compromis waarbij een vermogensaanwasbelasting en een vermogenswinstbelasting door elkaar heen lopen. Dit zorgt waarschijnlijk voor veel discussie met de belastingdienst wanneer het rendement zowel onder het ene als het andere stelsel zou kunnen vallen. Omdat het aantrekkelijk is om belastingheffing uit te stellen, zullen er veel nieuwe creatieve constructies ontstaan. Verder kan deze vorm van belastinguitstel wel voor een ‘locked-in’-effect zorgen. Op het moment dat er grote papieren winsten zijn, is dat een duidelijk prikkel om niet te verkopen met als gevolg een minder goede spreiding van de beleggingen.
Han Dieperink, Chief Investment Strategist
Disclaimer